donderdag 26 mei 2011

Genieten in Orth

25 Mei
Dit was een heerlijke dag om even bij te komen in het lieflijke dorpje Orth. De wind bleef flink doorstaan (6-7). Kees heeft de dag benut om wat lichte schade te herstellen op het dek en Marjon heeft binnen de ravage weer op orde gebracht. Aan mijn schouder kon ik ook duidelijk voelen dat die rust nodig had.

26 mei
We hebben het halve eiland rondgefietst. Bij een andere haventje gekeken en de in de hoofdstad Burg gezellig op een terras gezeten. Asperges bij de boer gekocht en er aan boord heerlijk van gesmuld.
Ondertussen zijn we al weer stiekum plannen aan het maken om verder te zeilen richting Rugen. 

Kennismaking met de Oostzee!

24 Mei;  Kennismaking met de Oostzee!!
Nadat we maandag in Kiel de noodzakelijke nautische spullen voor o.a. de zodiac hadden gekocht kon vandaag de reis worden voortgezet richting  Orth op het eiland Fehmarn richting Rugen. Op basis van de weerberichten op Weatherman zou er deze dag een mooie west-zuidwestenwind kracht 5 staan. In Kiel konden we de weerman op kanaal 23 niet te ontvangen. Vol goede moed losgegooid van de steiger in Holtenau en het Kielerfjord uit.

Aanvankelijk eerst alleen op de fok met ca. 4,5 knp. Zelf had ik wel zin in wat meer snelheid omdat het naar Fehmarn z’n 40 mijl varen is en met die snelheid ben je dan maar zo 10 uur onderweg. Dus het ongereefde grootzeil er ook maar bij omhoog. Daarmee voerden we de snelheid op naar ruim 7 knp. Kijk dat schiet wat meer op. Naarmate we de Kielerfjord verder uitzeilden de Oostzee op kwam de wind weer toch ook steeds meer in en de golfjes werden golven. 

Doordat we steeds meer stuurboord uit moesten gaan was een gijp onvermijdelijk. Met deze wind leek de beste keus om een stormrondje te maken. Dat ging met behulp van de motor goed. Maar omdat de wind steeds meer recht van achteren kwam en we daardoor heel vaak moesten gijpen besloten we het grootzeil weer weg te halen en op de fok voor de wind verder te zeilen. Temeer omdat ook de wind steeds meer toenam en de golven ook hoger werden.  De grootste zorg die je dan hebt is te zorgen niet overboord te slaan. Volgens de berichten zouden we eerst nog 5 mijl om moeten varen omdat de marine hier met torpedo’s aan het spelen is. De andere 3 jachten die het water op waren gegaan bogen echter al snel het oefengebied in dus dat deden wij toen ook maar. Een controlevaartuig van de Marine kwam niet naar ons toe dus het zal wel oke geweest zijn. Hoe verder we de kust achter ons lieten hoe meer we het gevoel kregen dat er toch wel een behoorlijk windje stond. De fok alleen trok de 40 ton zware Jacoba met ruim 5 knoop door het water! De watermassa’s die we achter ons op zagen op duiken waren meters hoge muren. Zo hoog hadden we dat beiden nog nooit gezien!

Een andere keus dan door te varen hadden we niet. We hielden ons flink maar helemaal fijn voelden we ons niet. Onder deze omstandigheden heeft de nieuwe hydraulische stuurinrichting zich enorm bewezen. Ik moet er niet aan denken dit met het oude helmhout te hebben moeten varen. Zou niet te doen zijn geweest. Maar met het stuurwiel was het schip goed in bedwang te houden al moet je met z’n wind en golven van achter nog altijd wel veel corrigeren. Doordat we de wind pal achter hadden bleef de fok gijpen. Stel je voor dat het grootzeil er nog bij had gestaan. Hoe onrustig kun je zeilen. Beiden hadden we maar één wens; zo snel mogelijk in de haven van Orth zien te komen. We kregen weer moed toen we de grote boog van de brug naar Fehmarn in zich kregen. We hadden weer een punt om ons op te richten. Maar de heftigheid van de wind en de golven bleef. We bleven zo laag mogelijk aan dek en gingen kruipend door de gangboorden. Achter het stuurwiel zorgden we er voor goed aangelijnd te zijn. We keken nog eens om ons heen en zagen verder geen andere schepen meer. De kustwacht zag ons gaan en hield ons lange tijd op korte afstand in de gaten. Onder deze omstandigheden doorgevaren en uiteindelijk werden de contouren van Fehmarn en de haven van Orth steeds duidelijker zichtbaar. Nu nog zoeken naar de gele aanloopton. Dat viel niet mee want ook de GPS viel nog uit. Door goed op kompas te varen kwamen er echter toch precies bij uit maar het bleek maar een kleine witte ton te zijn. Toen nog het laatste stuk schuin tegen de wind in de haven aanlopen. Het stuiteren van de Jacoba kwam toen pas echt op gang. Wat een deining. Gelijk met een visserskotter liepen we een hele smalle haven in. RUST! Maar nu nog wel even aanleggen met deze storm (uiteindelijk bleek er deze dag windkracht 8 gestaan te hebben!!). Marjon legde de Jacoba keurig langzij een kotter en toen konden we weer rustig ademhalen. Benedendeks bleek het een chaos te zijn. Alles was naar beneden gekomen en de hele inhoud van de koelkast lag over de vloer. Maar goed dat was snel weer opgeruimd. Samen waren we het er wel over eens dat we dit niet nog eens wilde meemaken. Gelukkig hebben we hier nu wel goede ontvangst met de marifoon en we zullen ons blijven richten op de weerberichten op de weatherman. We hadden geen puf meer om te koken en hebben alle spanning van ons afgegeten in een Grieks restaurant. Maar we kwamen tijdens het eten wel tot de conclusie dat de Jacoba en de bemanning deze omstandigheden wel aan kunnen en we hebben vandaag veel geleerd. Een memorabele dag.

maandag 23 mei 2011

Zeilend de grens over

Dinsdag,17 mei.  Vanuit Langeroog geschreven.
Zoals ik al schreef, verlangden we na alle hectische laatste activiteiten op de werf, om uit te varen. Dat gebeurde dus 9 mei…..spannend hoor! Mijn ervaring met het stuurwiel was direct goed. 

Het lijkt zelfs een goede oefening voor mijn schouder,maar ik moet t niet te lang doen. Kees is ook tevreden en doet de lange afstanden. We moesten direct heel veel bruggen en sluizen nemen en veel manoeuvreren, vooral dwars door Leeuwarden en Groningen. 



En dat is dan weer mijn werk. Kees doet dan lijnen- en stootwillenwerk.

We genoten van t groene landschap en de vogels,die we op de werf niet hoorden. De Lauwerszee vonden we ook een pracht natuurreservaat.
12 Mei vaarden we weg uit Delfszijl en we waren nog geen uur op de Eems toen t begon met onweersbuien en hagel!!En zeer slecht zicht. Direct koers bepaald met de GPS.

 Langs Borkum en Juist  zeilden we als n speer richting Norderney! In t zeegat n zeer spectaculair stormrondje gemaakt.

13 Mei deden Kees en Max nog n paar zeer nuttige klussen. ’s Avonds zwaaiden we hem uit en hij maakte n zeer lange rit met de trein naar huis. We hadden t weer heel fijn gehad met hem!
14 Mei besloten kees en ik toch ondanks de windkr.5-6 uit te varen. 

We voelden ons weer n beetje relaxed…..Eenmaal  zeilend werden we helemaal blij,toen we heeeeel dicht langs veel zeehonden vaarden…..en dan die prachtige steile kanten van de zandplaten….maar goed opletten,het was erg smal in de geulen. 

We waren iets te vroeg weggevaren en we zeilden te snel met die stevige bries, dus gingen we toch nog even voor anker en bij t tweede wantij kwamen we zelfs n poosje vast te zitten. Later er voorzichtig overheen gehobbeld met de motor. Heel dicht langs Baltrum gevaren richting Langeroog, waar we half negen met een knalharde wind moesten aanleggen  tegen een zeer gammel steigertje. Zeer voldaan kropen we na een warme hap onze kooi in.
De volgende dagen werd t slechter weer; waarschuwing tot windkr.8! We genoten van t verwaaid liggen. We kregen n paar leuke telefoontjes,klusten wat aan boord en verfden tussen de buien door,wat in Harlingen nog niet afgemaakt was. Ook gingen we t eiland verkennen; zeker de moeite waard, heel groen en gemoedelijk. 

Ook het dorp is allemaal net wat leuker dan op Norderney. Vandaag wordt n bijzondere dag……ik ga n.l. weer voor het eerst proberen te fietsen(dat heb ik een jaar door m’ n schouder dus niet gekund) Dit is dus een heeeeeel goed teken!

En verder hebben we de zeekaarten alweer op tafel liggen en zijn aan t rekenen en puzzelen,hoe we verder willen varen naar t zevende Duitse Waddeneiland,langs Spiekeroog naar Wangeroog. Dan over de Noordzee (de beruchte Duitse bocht)naar het Kielerkanaal.
17 mei  inderdaad met volle tuig naar Wangerooge gezeild;2 wantijen over…….prachtig! Dit eiland bekoort ons t meest, met z n wonderlijke spitse oude vuurtoren. 

Onderweg ontmoeten we leuke luitjes,o.a. die we hebben ontmoet tijdens de lezing in A dam. Ook een leuk contact was met Lia en Henk,die een enthousiaste techneut bleek te zijn. Henk, nog bedankt!
20 Mei, 5 uur de wekker,6 uur weg! Het weer leek rustig. Maar in het zeegat stond een enorme deining. We raakten in enorme verwarring omdat zowel de analoge als digitale kaart niet correspondeerden met de werkelijkheid! Rond de kust verandert alles voortdurend…..Waar we om de boei moesten varen leek n zandbank te zijn. Ons schip werd van de metershoge deining op de zandbank gegooid en we schrokken behoorlijk! Hobbelden er later toch overheen…..gelukkig. De vele grote zeeschepen imponeerden ons bij zeemondingen van Jade en Weser, die we moesten oversteken(richting Helgoland) en waar je heel goed moet opletten. Met de vloedstroom mee de Elbe op en dan nog weer 5 uur varen. Langs Cuxhaven en zo de zeesluizen van Brunsbuttel in met 15 andere schepen.”Eitje”,zegt Kees dan trots tegen mij als ik keurig heb aangelegd met onze logge bak van 40 ton. 

Met  mijn schouder gaat het erg goed,mede dankzij het stuurwiel(het lijkt wel een goede oefening)Nagenoten op onze riante deckchairs op het voordek.
21 Mei door het Kielerkanaal gevaren. Heel relaxed langs groene oevers met glooiende koolzaadvelden daarachter.

Bouwkunst bewonderd van hele hoge bruggen. Halverwege in een gezellig verenigingshaventje a la a.v.k. gelegen. In Rendsburg uit eten en wat rond gekeken.

22 Mei tocht voortgezet met stralend weer,totdat we voor de sluis in Kiel in een enorme onweersbui met hagel kwamen……..
23 Mei moesten inkopen doen voor o.a. de zodiac en de bromton. Dus door  de hele grote stad Kiel gefietst en op de boulevard gezeten.

Nu plannen voor morgen maken;de kaarten voor de Oostzee liggen weer op tafel…….we willen richting Rugen. En of dat is gelukt schrijf ik de volgende keer!

Werk op werf (verslag van Kees)

Werk op de werf

De eerste week op de werf is er nog niet aan de Jacoba gewerkt. Er lagen nog teveel charterschepen voor de wal waarop masten en boegsprieten op geplaatst moesten worden. Die gingen nog even voor. Het seizoen staat immers voor de deur. De tweede week begon voor ons serieus te worden. Op maandag de boot uit het water. De onderkant schoongespoten en die bleek nog puntgaaf te zijn. Zodanig zelfs dat we besloten er helemaal niets aan te doen!  Op dinsdag was de afspraak met de verzekering voor de keuring die iedere 6 jaar moet plaatsvinden. Over het vlak was hij heel tevreden en over de algehele staat van het onderhoud idem dito.  Op de boeg ontdekte de man van EFM echter 2 kleine gaatjes op een plek waar op het spant water is blijven staan. Geen probleem; gaatje uitflexen en nieuw stuk inlassen. Iets problematischer bleek de staat van de bloklandkoeler te zijn. Deze was behoorlijk aangevreten te zijn door elektrolyse. In eerste instantie dachten we nog dat een plaatje erop voldoende zou zijn maar dat bleek na nadere inspectie te optimistisch gedacht. Die nadere inspectie had trouwens nog al wat voeten in de aarde omdat het koelelement in de bun niet van binnenuit los te maken was. Eén boutje was van binnen uit niet te bereiken. Er bleek maar 1 oplossing; een gat in de romp flexen om het boutje van onder uit los te draaien! Sta je toch wel even raar te kijken. Maar toen lukte het de koeler te verwijderen en de bun aan een nadere inspectie te onderwerpen. Het resultaat viel na het stralen van de bun niet mee. De bun was overal flink aangetast zodat er niets anders te doen viel dan een nieuwe bloklandkoeler te plaatsen. De eerste tegenvaller. Maar goed gelukkig zijn de maten van de bloklandkoelers nog steeds hetzelfde en een dag later zat de nieuwe koeler weer in de boot.  Inmiddels had ik natuurlijk ook al de nieuwe mast bewonderd. Die zag er goed uit. Alleen had de mastenmaker per abuis de mast in de verkeerde kleur (teak) geschilderd terwijl wij alle andere rondhouten in grenen hadden geschilderd. Dat betekende dus extra werk omdat we alle andere rondhouten nu ook opnieuw in de beits moesten gaan zetten. Uiteindelijk goed voor de rondhouten en ook voor de uitstraling van ons schip. Alles nu mooi donker. Het duurde even voordat de mast naar buiten kon maar toen dit eenmaal gebeurd was ben ik snel aan de slag gegaan met het aanbrengen van alle beslag en het staand- en lopend want. Altijd weer een karweitje waar je kop goed bij moet houden want het is vervelend als de mast er eenmaal weer opstaan en het blijkt niet goed te zitten. Het plaatsen van de mast had nog al wat voeten in de aarde want bij het intakelen bleek de voet van de mast iets te dik voor de mastvoet. Dus mast weer op de kant en mastvoet bijschaven. Toen paste hij prima. Terwijl  de mastenmaker nog bovenin de mast de piekenval aan het aanbrengen was plaatste ik voor het eerst de klauw van de gaffel voor de mast waarbij ik naar boven uitriep;  “ rob we hebben een probleem”. Wat dan was de logische vraag van Rob die daarop volgde. Ik antwoordde; “ de gaffel past niet om de mast omdat deze ca. 8 cm te dik is!! Het werd stil boven.  Creatief als we op de werf met z’n allen zijn is besloten om de gaffelopening breder te maken. Daarna kon het zeil wel weer omhoog maar helemaal fijn is het allemaal nog niet. We kunnen er nu niets meer aan doen  en gaan eerst ervaren hoe het gaat en passen de boel eventueel in het najaar weer aan.
Ondertussen hadden we ook nog het probleem van roestwater in de doucheruimte. Dit bleek te komen door condens op de spoelwatertank. Marjon had dit probleem besproken en er bleek maar 1 afdoende oplossing; de hele tank eruit en isoleren.  De timmerman stond al in de doucheruimte om de badkamer te slopen om de tank te kunnen verwijderen. Toen ik aan boord stapte en van het plan hoorde zei ik dat we dit toch maar even heel anders gaan doen. Mijn idee was om de hele tank buiten werking te stellen en een aansluiting op het watersysteem met de pomp te maken. Dit betekende een eenvoudige ingreep door het leggen van een leiding naar de WC waardoor bij een spoeling er nu water uit de drinkwatertank gepompt wordt om het reservoir weer te vullen. Ook weer opgelost.
Inmiddels waren de mannen van de SRF ook gestart met de grote klus; het maken van de hydraulische stuurinrichting. Stapje voor stapje met veel denkwerk en creatieve oplossingen is de nieuwe stuurinrichting gemaakt. Het is een hele klus geweest met veel flex- en laswerk maar het resultaat mag er zijn. Al met al een week werk.
Nog wel even het kompas opnieuw stellen. Met de kompassteller het Harinxmakanaal op en na een paar honderd meter een hoop gepiep en wat bleek; motor aan de kook! Anker uit middenin het kanaal! Hoewel de koeling opnieuw afgevuld was konden we er toch nog 15L koelvloeistof kwijt in het systeem wat een beetje traag blijkt door te lopen bij het vullen.

Op het laatst moesten ook nog even de “ kleine klusjes” zoals het maken van een smeerreep voor het makkelijk kunnen reven, aansluiten elektra en plaatsen antennes met nieuwe doorvoeren worden uitgevoerd maar goed dan is ook het einde van de klussen in zicht. Al met al nog een hoop gestress  om alles op tijd voor vertrek klaar te krijgen. Voor ons betekende dit dat we onderweg ook nog steeds bezig zijn om de puntjes op de i te zetten door o.a. veel schilderwerk.
Nou.. dit waren in “hoofdlijnen” van de werkzaamheden aan ons schip en nu er maar plezier van beleven